Welke sportadviezen mag ik geven aan patiënten met het Marfan syndroom?
Sportbeoefening draagt bij tot een betere conditie en een sterker spierkorset. Een fysiotherapeut, (kinder-)revalidatiearts en/of sportarts kan de patiënt op basis van de individuele situatie en de adviezen van de cardioloog adviseren welke tak van sport beoefend kan worden.
Wat liever niet?
- Contactsporten en sporten waarbij een isometrische belasting optreedt (bijvoorbeeld gewichtheffen).
- Topsport en grote piekinspanningen worden afgeraden.
- Overdruk van buiten het lichaam (passieve overdruk: zoals bij duiksport en parachutespringen) kan longbeschadigingen opleveren.
Wat mag er wel?
Deelname aan recreatieve laag- tot matig-intensieve sporten kan in de regel worden toegestaan. Kinderen moeten zoveel mogelijk normaal deel kunnen nemen aan schoolgym, recreatieve sport en buitenspeelactiviteiten. Zwemmen en zwemles is voor jonge kinderen is een goede keuze.
Bij adviezen over sportdeelname is het belangrijk om naar de individuele patiënt te kijken en rekening te houden met bijvoorbeeld de toestand van de aorta en het gebruik van antistolling. Het is aan te bevelen dat de patiënt zelf ook altijd advies van de cardioloog inwint alvorens hij actief een sport gaat beoefenen.